Broeder Theo Delang: proficiat voor diamant! (2000)

door

Zoals u waarschijnlijk wel weet, werd onze school in het begin van de twintigste eeuw opgericht door de "Geestelijken van Sint-Viator". Deze kloosterorde werd gesticht in Frankrijk door Pater Louis Querbes (pastoor van Vourles). Na een anticlericale wet onder de regering Combes, werd aan alle kloosterorden in Frankrijk verbod gegeven zich met onderwijs bezig te houden. Vandaar dat men naar het buitenland moest uitwijken. Via via kwamen er ook paters en broeders zich in Westmalle vestigen. Wegens gebrek aan nieuwe roepingen droegen zij in 1967 de verantwoordelijkheid over ons college over aan het Bisdom Antwerpen. Vele oudere ex-SJB-ers herinneren zich zeker nog Broeder Felix en Henri Minner, Broeder Juul Gysels, Broeder Adil Cool, Broeder Jozef Geuens, Pater Cassenaer,... Gewezen directeur Broeder Gysels verblijft het grootste deel van het jaar in het buitenland. De enige overblijvende in Westmalle is nog... broeder Theo Delang (78 jaar jong). Al woont hij momenteel alleen in een huis dat aan het domein van het college grenst, toch vierde hij in september zijn diamanten kloosterjubileum.

Broeder Theo Delang

De parochiegemeenschap van Westmalle heeft dit feit herdacht met een passende eucharistieviering op zondag 24 september in de Sint-Martinuskerk. Nadien konden we "den broeder" (niet te verwarren met Big Brother) van harte feliciteren op een receptie op het college. De viering werd afgesloten met een feestmaal in de vroegere internenrefter (nu polyvalente zaal: "Nelo-zaal").

Wij nemen hierbij het gelegenheidsartikel over uit de parochiebladzijde van "Kerk en Leven":

Wie kent hem niet: "den broeder", geboren en getogen in Sint-Joris-Weert, maar sedert zijn aankomst op 5 september 1934 om kwart voor negen 's avonds ook meer en meer Westmallenaar. Hij kwam hier als twaalfjarige leerling in het toenmalige juvenaat en noviciaat in de Sint-Jozeflei en in de Kasteellaan.

Als jonge hulpkoster onderhield hij de kapel en daar rijpten de eerste ideeën om kloosterling te worden. Een groottante bij de Zwartzusters, een grootnonkel bij de Picpussen en hij bij de "Franse Paters" van Sint-Viator, dat zag hij wel zitten.

Als hij dan nog tussen de vele boeken door in een Vlaams Filmpje het verhaal las van een weesjongen die in een klooster ging helpen, dan wist hij het zeker: hij wilde hoe dan ook helpen en hij wilde in het klooster. Neen, het was niet echt die hevige ruzie tussen dat getrouwd koppel die zijn diepe keuze versterkte, alhoewel die er toch voor een kleun stukje tussen stak. Ruzie met je partner of je medemens, dat kan toch niet!

Als hij nu nog als pater naar de missiepost in China zou kunnen... wel, dan zou voor reislustige Theo het hek helemaal van de dam zijn! De minder gunstige levensomstandigheden ginder en zijn eerder zwakke gezondheid, lieten deze droom spijtig genoeg niet toe. Een ramp? Helemaal niet! Want ondanks de woelige oorlogsjaren, ging hij eerst in Antwerpen en daarna in Brussel naar de normaalschool en later naar het regentaat. Hij gaf vele jaren les in het lager onderwijs en bovendien tekenen en Frans in het middelbaar, hij surveilleerde in het internaat, had stapels verbeterwerk en vond gelukkig nog wat tijd om te bidden en een beetje te rusten.

Door zijn spel en gemoedelijke omgang met talrijke jongeren heeft hij heel wat gelukkige wijzigingen kunnen doorvoeren in het internaat. Aan één ding ontbrak het nog: ontspanning! Wie anders dan de jeugd zou hem die kunnen waarborgen! Hij zou hier de KSA oprichten en begon direct te recruteren. Meer dan een kwart eeuw was hij niet alleen een nauwgezet secretaris, maar méér dan dat: de spil van de bond. De werking steunde op zijn goedhartigheid en hulpvaardigheid, zijn diepe bezorgdheid voor de jeugd, zijn sociale bewogenheid, zijn onvoorwaardelijk geloof in de mens, zijn onwankelbaar godsvertrouwen.

In het vooruitzicht van zijn pensionering, dacht hij er niet aan om met zijn armen overeen te zitten en te niksen. Daarom werd hij actief lid bij Ziekenzorg Westmalle. Nu brengt hij zelf geen ziekenbezoekjes meer maar het doet hem deugd dat anderen hem eens bezoeken. Of je je daarbij zult vervelen? Vergeet het! Want als geen ander kan broeder Delang vertellen. Zijn uitstekend geheugen voert je zolang je maar wil langs de 1001 herinneringen en belevenissen uit zijn boeiend, maar vooral uit zijn dienend en bezielend leven.

De SJB-oud-leerlingen sluiten zich zeer graag aan bij de talrijke felicitaties en dankbetuigingen die Broeder Delang onlangs mocht ontvangen. Maar de leerlingen herinneren zich niet alleen de lessen in klasgroepen die toen ongeveer dubbel zo groot waren als momenteel (40 leerlingen in één klas was geen uitzondering). De internen hebben met hem tientallen kilometers afgelegd tijdens de wandelingen. En op zondagnamiddag was er de voetbalwedstrijd van Patria of Blauwvoet Westmalle. We zien op de speelplaats zijn rechterhand met vijf gespreide vingers omhoog gaan: vijf toeren rond de speelplaats omdat men de bal over de draad gestampt had.

We denken ook nog aan zijn geslaagde invulbeurt als regisseur van "Tarcicius in Moskou", een toneelstuk, waarvan we het derde bedrijf nog aan het repeteren waren toen de toeschouwers al in de parochiezaal binnenkwamen voor de "première". Of ook nog aan zijn ongelooflijk organisatietalent tijdens de toenmalige "Vlaamse kermissen" en oudernamiddagen op school.

Nu nog zien we, als het goed weer is, den broeder af en toe in de omgeving van de school langzaam rondslenteren (met een paternoster in de hand). Hij moet oppassen voor zijn zwak hart. Wij hopen hem nog heel veel jaren in onze omgeving te mogen ervaren.

Raymond Dupont in Het Beertje nr. 262 (november 2000)

Lees ook: