Van de broeders en priesters op SJB (2012)

door

In 1957, bij onze eerste kennismaking met het Sint-Jan Berchmansinstituut, bestond het personeel bijna uitsluitend uit catechisten van de congregatie van Sint-Viator.

Broeder Felix Minner was overste van de geestelijken. Broeder Theo Delang was lesgever lager onderwijs, broeder Jozef Geuens econoom en lesgever dactylolografie, de jonge broeder Juul Gysels leraar Nederlands, Engels en Duits. Verder waren er pater Antoon Cassenaer, directeur en leraar wiskunde, wetenschappen en godsdienst, en pater Guillaumme Plas leraar Godsdienst en Frans.. Al deze geestelijken werkten ook in het internaat. De enige lekenleerkrachten waren de heer Michel Hautekiet (Nederlands, geschiedenis en aardrijkskunde), de heer Jan Uydens (lichamelijke opvoeding) en de heer Piet Velle (economie).

In 1958 overleed pater Cassenaer. Bijgevolg stond pater Plas alleen in voor de godsdienstlessen, de lessen Frans en alle liturgische vieringen: eucharistievieringen, biecht...

Begin schooljaar 1958-1959 maakten we ook kennis met broeder Henri Minner en broeder Adil Cool, allebei teruggekeerd van het Sint-Viatorinstituut te Molenbeek. In september 1958 kwam Broeder Felix in de klassen met een belangrijke mededeling: "Proficiat jongens, ik mag u feliciteren met uw nieuwe directeur. En raad eens wie het is?" Bijna eenstemmig antwoord uit de klas: "Broeder Gysels, broeder!" "Juist!".

En toen is het allemaal écht begonnen.

De nieuwe directeur was pas 33 jaar. "Broeder Overste" stond voor een grote en belangrijke uitdaging: de bescheiden broedersschool verder uitbouwen. Maar de nog aanwezige geestelijken hadden al een zekere leeftijd bereikt en er waren geen nieuwe roepingen. Jongere geestelijken aantrekken uit Frankrijk was geen optie. Broeder Gysels trok zelfs naar de Viatorianen in de Verenigde Staten. Father Lindsey en Brother Scooley kwamen wel in Leuven studeren, woonden in de school, leerden Nederlands, hielpen waar ze konden, maar hun toekomst lag duidelijk niet in Westmalle.

Bij het begin van het schooljaar 1963-1964 benoemde het bisdom de heer Leopold Baeten als godsdienstleraar en verantwoordelijke voor de schoolpastoraal. Na het vertrek van pater Plas naar Frankrijk stuurde het bisdom een tweede priester: de heer Jan Luyts (+).

Op 1 januari 1967 werd de verantwoordelijkheid over het college overgedragen aan het bisdom Antwerpen. Broeder Gysels verliet het college en werd benoemd tot secretaris van het bisdom. Godsdienstleraar E.H. Leopold Baeten werd directeur. Oud-missionaris Wim Van Mechelen kwam naar het college als leraar godsdienst overnemen en als prefect van het internaat.

Op 1 september 1968 nam de heer Baeten ontslag als directeur en werd op-gevolgd door de heer Lodewijk Van Loo. De heer Wim Van Mechelen verliet het college en werd inspecteur godsdienst.  In zijn plaats kwam de heer Renaat Jespers. De heer Jan Luyts werd pastoor te Ravels-Eel en de heer Paul Verhulst werd de volgende priester-leraar. Later kwamen ook nog de heer Jan Scheire (+) (klassieke talen), de heer Louis Van den Nieuwenhuyzen. Na het overlijden van de leken-leraars Corneel Goetschalckx en Jos Van den Bossche, kwam de nieuwgewijd priester de heer Wilfried Verhaert (+) als leraar rethorica, samen met leken-leraar Alfons Goos.  Later hebben we ook nog gekend: pater De Schrijver, de heer Jaak Van Tilborgh (slechts korte tijd), de heer Jos Uytdewilligen en de heer Wilfried Gonthier. In 1980 werd de heer Wilfried Verhaert benoemd voor parochiewerk in Heist-op-den-Berg. In zijn plaats kwam de heer Leo Van der Heyden (+).

Gezien het priestertekort werden de priesters na enkele jaren benoemd in parochiedienst, of tot studentenpastor.  Alleen directeur Van Loo en de heer Van der Heyden bleven tot aan hun pensioen op het college.

In het bisdom Antwerpen bestond er een "Centrum voor priesteropleidingen op latere leeftijd". Sommigen van hen kregen een stageplaats in ons internaat. Zij gaven geen les op het college, maar verrichten buiten hun opleiding zeer nuttig werk in internaat en schoolpastoraal. Vele internen herinneren zeker nog de heren Julien Van Renterghem, Raf van Baarle, Herman Van Holsbeek, Jan Verheyen, Jef Smits... Na hun priesterwijding kregen ze een benoeming in parochie- en andere pastoraal.

Nu zijn er geen priesters meer op het college. Maar veel van hun pastorale taken worden met veel toewijding en overtuiging overgenomen door leken-leerkrachten, zowel dames als heren.  Er zijn bezinningen in de abdijen van Westmalle, Brecht, Averbode.  Men organiseert liefdadigheidsacties zoals Damiaanactie en Broederlijk Delen. De kapel is nog altijd een prachtige ruimte die ons - niet zonder een greintje nostalgie - herinnert aan de tijd van de eucharistievieringen, biecht, bezinning... Na het overlijden van de laatste priester, de heer Leo Van der Heyden, is ze niet meer in gebruik. Maar we mogen hopen dat ze weldra een nieuwe bestemming kan krijgen, liefst in verband met de vroegere functie.

Raymond Dupont in Het Beertje nr. 309 (februari 2012)