Interview met de heer Frans Derkinderen (1991)

door

Omdat het de gewoonte is met het begin te beginnen, wou ik u eerst vragen een korte schets te geven van uw levensloop.

Wel, ik ben geboren te St.-Lenaarts op 13 november 1938. In de plaatselijke gemeenteschool heb ik mijn lager onderwijs volbracht. En dan op naar de grote school, naar Hoogstraten, naar het Klein-Seminarie, waar ik, als intern, 7 jaar studeerde. Zeven jaar, dat wil niet zeggen dat ik een jaar moest overdoen, hoor... neen, het was immers de gewoonte het middelbaar onderwijs te starten met een voorbereidend jaar. Na dat eerste jaar volgden er voor mij nog 6 jaar Latijn-Grieks. Tussen haakjes: ik ben hier op S. J. B. niet de enige die daar in Hoogstraten gestudeerd heb, ook de heren Faes, Goos, Poppeliers en Van Bavel liepen er school.

Hoe dan ook, daarna ging ik regentaat volgen in St.-Niklaas, richting Nederlands-Geschiedenis-Latijn (nvdr. vandaar de combinatie Klassiek-Germaans). Goed en wel afgestudeerd, begon ik in 1961 mijn carrière als lesgever in mijn oude vertrouwde Klein-Seminarie te Hoogstraten. Ik gaf er Nederlands en Aardrijkskunde. Het jaar daarop kwam ik echter al naar Malle, om er in de pas opgerichte Latijnse Latijn en geschiedenis te onderwijzen. Ik heb dan natuurlijk ook mijn legerdienst volbracht, zo ergens tussendoor, en ik heb ook nog een jaar Frans gegeven... maar alles daar gelaten doceer ik nu al meer dan 20 jaar Latijn en Nederlands: 15 jaar in eerste en tweede Latijnse en nu reeds een aantal jaren ook in de derde.

U bent intussen ook nog gehuwd, meen ik?

In 1965 ben ik gehuwdn en nu heb ik twee kinderen: een dochter An, die nu 25 is, en een zoon Koen van 22.

Hebt u mooie herinneringen aan S.J.B. overgehouden?

Zeer mooie! Ik heb hier steeds zeer graag les gegeven - ook nu nog - en ik heb in mijn lessen veel mooie momenten gekend. Steeds heb ik geprobeerd het heel graag te doen en dit ook over te brengen op mijn leerlingen. Ons publiek is een dankbaar publiek en wie het hier als leerkracht moeilijk heeft, die zal het wel nergens waarmaken. Buiten de lesactiviteiten heb ik echter ook nog prachtige herinneringen aan het schooltoneel zaliger o.l.v. de heren Steylaerts en Van Baarle - hopelijk komt dat ooit nog eens terug - en ook aan de Sint -Jansfeesten - ik ben al die jaren al verantwoordelijk geweest voor de cafetaria (!) - ook aan de vele Sint-Jansbals en de voorbereidingen ervan heb ik mooie herinneringen, en aan het helpen regisseren bij de 100-dagenvieringen. Wat ook mooi was, ennog vers in het geheugen zit, dat is het toneeltje van 5LWi van vorig jaar, ter gelegenheid van het feest van de koning met als hoogtepunt het optreden in de Warande in Turnhout.

Vindt u dat de jeugd sterk veranderd is in de loop der jaren?

De jeugd is uiteraard in een snel evoluerende maatschappij sterk veranderd.  Ze is kritischer, zelfstandiger en opener geworden, maar toch ook iets individualistischer. Ik moet echter wel bekennen dat je daarbij nog rekening houdt met de vele afleiding die er nu is, dan geloof ik echt dat ze het niet zo makkelijk hebben. Maar, nogmaals, we mogen absoluut niet klagen.

Nu een iets moeilijkere vraag. Denkt u dat een individuele leerkracht zijn leerlingen ook qua persoonlijkheid kan doen groeien, wanneer hij hen toch maar enkele uren per week meemaakt of is het een geheel schoolsystem dat een 12-jarige in 6 jaar tijd tot "humanus" maakt?

Ik geloof eerder dat het schoolsystem als geheel een grotere impacht heeft op de persoonlijkheid van een leerling, dan een individuele leerkracht. In dat schoolsystem zit een leerling tenslotte 6 (of meer) jaren. Een bepaalde leerkracht kan echter wel eens "vonken" overbrengen die een bepaalde leerling raken. Uit mijn eigen humaniorajaren kan ik me toch enkele leerkrachten herinneren die mijn verder leven min of meer bepaald hebben. Maar buiten dit schoolsystem zijn er uiteraard nog heel veel invloeden die de persoonlijkheid van een leerling sterk kunnen bepalen, en waar de school vaak totaal buiten staat. Denken we maar eens aan thuis, de kameraden, het leefmilieu, de hobby's, de lectuur, de media enz.

Over vorming tot humanus gesproken, wat vindt u van het eenheidstype?

Reeds meer dan 20 jaar spreekt men van vernieuwing in het onderwijs. De oudere (!!) leraars herinneren zich voorzeker nog de docimologie. Op dat moment sta je daar een beetje wantrouwig tegenover: wat zal het uiteindelijk allemaal worden? Nu het eenheidstype een feit is, valt dat allemaal nogal mee. Iedereen weet wel dat het Latijn en vooral het Grieks nogal wat van hun pluimen verloren hebben... of dat nu goed is of minder goed, dat zal de toekomst moeten uitwijzen. Positief is voorzeker de ruimere keuze: uiteindelijk kan men om de 2 jaar een andere keuze maken. Heel belangrijk is natuurlijk dat die keuze zo goed mogelijk geschiedt en dat men niet te vlug zijn toevlucht neemt tot een te gemakkelijke richting. Hier is natuurlijk een serieuze taak weggelegd voor de school en het P.M.S. Het deed mij als leeraar Latijn natuurlijk wel iets dat in dit eenheidstype de Latijnse afdelingen het knap doen.

Hebt u naast u bezigheden i.v.m. lesgeven nog tijd over voor hobby 's?

Met het eenheidstype moet ik opnieuw heel wat meer tijd besteden aan mijn lessen: nieuwe handboeken, nieuwe leerstof, maar toch blijft er nog ruim veel tijd over voor mijn hobby's. Jarenlang heb ik ofwel zelf toneel gespeeld of toneel aangeleerd, vooral in Zoersel. Dat is nu wel iets verminderd, alhoewel ik tijdens kerstvakantie weer alle dagen zal meespelen in een kerstspel. Buiten toneel tracht ik ook nog wat te zingen in het Gregoriaans koor in Zoersel en nu en dan - eigenlijk wel te weinig - speel ik nog eens een partijtje tennis en biljart.

Wat zijn uw toekomstplannen of toekomstdromen momenteel?

De belangrijkste toekomstdroom is dat ik nog enkele jaren gezonden even enthousiast als altijd les mag geven aan al die brave jongens en meisjes op S.J.B. tussen al die prachtige collega's. Mij lijkt dit nu ik de 50 gepasseerd ben het allerbelangrijkst.

Tot slot, moest u terug opnieuw beginnen, zou u iets veranderen?

Als ik zo eens even terugblik op de 30 jaren lesgeven moet ik bekennen dat ik altijd tevreden ben geweest met datgene waarmee ik bezig was. Het zou TE gek zijn om er dan nog veel aan te veranderen.

 Chris Celis (90LAGR) in Het Beertje nr. 209 (november 1991)