In memoriam: Mark Van Bavel (2019)

door

Onder leiding van Broeder Overste Juul Gysels evolueerde onze bescheiden broedersschool in de jaren zestig tot een echt college. Door het jaarlijks spectaculair stijgende aantal leerlingen werden in hoog tempo klaslokalen gebouwd, nieuwe studierichtingen opgericht en uiteraard bekwaam en toegewijd personeel aangeworven.

Op 1 september 1965 werd Westmallenaar Mark Van Bavel benoemd tot leraar Germaanse talen. Toch gaf broeder Gysels hem ook een opdracht Frans. Dat wekte grote verwondering op bij de inspectie. Maar Mark deed dat heel goed. Gelukkig voor hem, en voor de directie, duurde zijn "Franse loopbaan" niet lang. Van zodra in de vacature voor Frans werd voorzien, kon Mark zich verder concentreren op het lesgeven in de talen van zijn specialiteit.

Waar anno 2019 in Vlaanderen een achteruitgang wordt vastgesteld inzake kennisoverdracht in het onderwijs, was dat in die jaren juist onze grootste kwaliteit. Al vlug werd duidelijk dat, net als bij toenmalige collega Leo Geerts, de lessen van Mark op zeer hoog niveau stonden. Zijn leerlingen leerden hun taal lezen, spreken en schrijven zoals het moest. Daarom werd hij zo sterk gewaardeerd. Zelfs de kritische onderwijsinspectie bevestigde dit. Als klastitularis was hij een dagelijkse steun voor zijn leerlingen, die hij op zijn eigen manier wist te motiveren, dikwijls met de nodige grappen en een vleugje humor. Het is duidelijk dat zijn lessen en de begeleiding van zijn leerlingen voor hem steeds op de eerste plaats kwamen. Maar bovendien aarzelde hij niet om zich soms in voetbalplunje te zetten en overtuigd mee te spelen in verschillende wedstrijden. Ook dat kon hij!

Tijdens de hoogtepunten van het schooltoneel in die fantastische jaren zestig speelde hij mee toneel. Onder regie van Jef Steylaerts werden opvoeringen ingestudeerd met leerlingen én met leraars. Wij denken met smaak terug aan een scène tijdens de algemene repetitie voor de senioren van Westmalle. Samen met Sus Derkinderen kwam hij – tegen de voorschriften van de regie in – terug op het toneel terwijl een andere episode bezig was. De twee wilden absoluut een gebakje op de scène opsmullen. Algemeen gelach! Bij de échte opvoeringen deden ze dat uiteraard niet.

Naast de bestaande Romereis voor eindklassen van de Latijnse studierichtingen werden ook buitenlandse studiereizen voor de moderne richtingen georganiseerd. Mark Van Bavel nam als eerste de studiereis naar Londen voor zijn rekening. Deze Londenreizen werden dankzij hem een meerwaarde in het taalonderwijs op ons college. Gelukkig hebben andere collega's zijn werk na hem voortgezet.

In de lessen Nederlands in de hogere jaren ligt de nadruk niet langer op spraakkunst, woordenschat, spelling… De basisbegrippen daarvan kwamen al in vorige leerjaren uitvoerig aan bod zodat men kon veronderstellen dat de leerlingen dat allemaal zo goed als volledig kenden. En dat was toen meestal ook zo. In de hogere jaren ligt de nadruk meer op poëzie, literatuur, spreekvaardigheid… en zo komen we ook in de wereld van het toneel terecht. Mark Van Bavel lanceerde een nieuw initiatief: het bijwonen van toneelopvoeringen, eerst in Tilburg, later in Turnhout en het Antwerpse. Zeg maar: heuse toneelavonden! Telkens met voor- en nabespreking!

Zuster Luc Marie van het nabije Maris Stella Instituut had al lang de veelzijdige kwaliteiten van Mark opgemerkt – in het begin van zijn loopbaan had hij ook daar enkele uren lesgegeven – en ze nodigde hem uit om de vacante plaats van directeur in de technische studierichtingen van haar school in te vullen. Mark aanvaardde het aanbod. Hij bleef er echter slechts twee schooljaren en kwam dan terug naar zijn oude liefde: Sint-Jan en zijn leerlingen. Hij bleef leraar tot 31 augustus 1992.

Het bisdom Antwerpen benoemde hem tot inspecteur Nederlands. (Naast de inspectie van het departement onderwijs te Brussel, organiseren ook de inrichtende machten in het katholiek onderwijs een eigen inspectie. Sinds meerdere jaren spreekt men hier niet langer meer van "inspecteur", maar wel van "pedagogisch begeleider") In tegenstelling tot de functie van directeur lag deze opdracht hem veel beter. Hij bleef actief in "zijn" vak Nederlands en volgde nauwgezet alle nieuwe trends. Hij gaf bijscholingen voor leerkrachten Nederlands in de bisdommen Antwerpen en Mechelen en begeleidde de beginnende leraars en leraressen. Hij was ook de voortrekker en ontwerper van de eindtermen en de nieuwe leerplannen voor dat vak. Met heel veel inzet voerde hij deze taak op een briljante wijze uit, tot aan zijn pensioen.

Enkele jaren voor de viering van honderd jaar Sint-Jan Berchmanscollege vroeg toenmalig directeur Goos hem de coördinatie op zich te nemen van de redactie die de geschiedenis van het college zou schrijven. Ook hieraan heeft Mark keihard, met hart en ziel, gewerkt. Tijdens de maandelijkse redactievergaderingen stelden we echter vast dat "er bij Mark iets mank liep". We meenden haperingen te ontdekken in zijn kortetermijngeheugen. Bovendien leken structuur en organisatie niet altijd dàt te zijn wat we van Mark gewoon waren. Maar dit waren absoluut niet de enige redenen waarom het eeuwfeestboek uiteindelijk niet tot stand is gekomen. Er waren nog heel wat belangrijkere oorzaken.

Nadien hebben we Mark niet vaak meer gezien. Hij was inderdaad ziek: jarenlang ging hij fysiek en mentaal achteruit.

Het werk en de verdiensten van Mark zijn moeilijk in deze enkele alinea's samen te vatten. Hij was een sterke persoonlijkheid met veelzijdige talenten die hij maximaal gebruikte. Een zeer aangenaam mens, collega en leraar die ook geen enkele grap uit de weg ging. Hij was tegelijk een échte Westmallenaar én een college-leraar in hart en nieren.

Zou Mark bij de Heer hierboven samen met Sus Derkinderen nog eens voor gans het gezelschap daar een "soezeke" eten onder het verraste regisserende oog van Jef Steylaerts?

Raymond Dupont (62EC) in Het Beertje nr. 340 (september 2019)