Een bekende schoolverlater: de heer Jan Verachtert (1998)

door

Broeder Juul Gysels was in 1959 nog maar in het prille begin van zijn directieloopbaan of onze school begon uit zijn voegen te barsten. Die spectaculaire groei had splitsing van klassen en aanwerving van nieuwe leraars voor gevolg. Dat jaar begon de heer René Hofkens zijn opdracht op onze school (zie vorig Beertje). Verder snoepte Broeder Gysels uit de Technische Scholen van Turnhout een zekere Jan Verachtert af om hem naar Westmalle te brengen.

Ik herinner het mij nog alsof het gisteren was: wij zagen op de speelplaats een nieuwe leraar verschijnen: kleiner van gestalte dan wijzelf. Zijn donkerbruine haar schuin over het voorhoofd tot net boven de wenkbrauwen. Klein snorretje tussen neus en bovenlip. (ideale plaats voor een snor). Helder glazen brilletje. Zéér streng uitziend gezicht. Alsof hij héél kwaad was! Wij vonden dat hij daar geen enkele reden toe had, maar ja, zo 'ne strenge hadden we nog nooit gezien. Toen in die tijd een nieuwe leraar op school zijn intrede deed, was het de gewoonte dat de leerlingen bepaalde uiterlijke of innerlijke eigenschappen gebruikten om hem een "troetelnaam" te geven. Die was bij de heer Verachtert zeer vlug gevonden. Het kleine snorretje, het schuine haar, de strenge blik... de tweede wereldoorlog scheen opnieuw in alle hevigheid op te laaien. In Westmalle dan toch. Heil diegenen die er anders over dachten...

Het scheen ons toe dat de heer Verachtert voor de lessen Frans aangeworven was. Maar op een schone dag verscheen hij in onze klas voor de lessen geschiedenis. De tweede wereldoorlog kwam dat schooljaar niet in ons handboek voor... een hele geruststelling. De man met duidelijk historische trekjes kon over het verleden vertellen alsof hij er zelf bij was geweest. Hij vertelde namelijk heel wat dingen die in geen enkel handboek voorkwamen. Wij luisterden met wijd open mond naar echte feiten en gebeurtenissen uit geschiedenis en toenmalige maatschappij, die wij in ons katholiek instituut niet voor mogelijk achtten. Ons zicht op de geschiedenis kreeg een andere invals- of uitvalshoek. Wij leerden beseffen dat er bij vele grote historische figuren niet alleen leven onder de schedel, maar ook onder de gordel was...

De directie had het blijkbaar nodig geoordeeld dat wij, als allereerste SJB-klas op weg naar een humaniora-diploma, ook moesten ingewijd worden in de zevende muze. Daarom werden wij op tram 41 gezet en naar het Kursaal te Turnhout gestuurd, waar we samen met de Turnhoutse scholieren uit de hoogste klassen onze eerste filmfora kregen. De bekende Turnhoutse jezuïet Pater Burvenich leidde deze filmfora met grote kennis van zaken. De inleiding en nabeschouwingen op de vertoonde films, deden ons de films "anders" bekijken dan anders.

Ondertussen was de heer Verachtert ook een media-specialist aan het worden. De filmfora werden voortaan in onze eigen school georganiseerd. Eerst onder de paalklassen, waar met triplex en plastiek een noodlokaal geïnstalleerd was. Met het oude filmtoestel van Broeder Cool werd op een wit laken de eerste film geprojecteerd. De heer Verachtert had een keurig kaftje laten klaarmaken om al de documentatie zorgvuldig in te bewaren, zodat we nadien een heel filmdossier zouden bijeen krijgen. Ik ken de titel van die eerste film nog: "Stalen Haaien", een Amerikaanse oorlogsfilm vanuit een duikboot. Snel en slecht gemaakt. Zie maar goed, aldus de heer Verachtert, de verf op het decor was nog niet droog!

De filmfora van de heer Verachtert groeiden uit tot grote gebeurtenissen in ons schoolleven. Zowel bij voor- en nabespreking werden heel wat leerkrachten mee ingeschakeld. De leerlingen werden betrokken in de filmkeuze en hierbij werd niet altijd even preuts te werk gegaan.

Wist u ook dat de heer Verachtert niet alleen talloze films heeft besproken, maar ook heeft meegewerkt aan de realisatie van film(s)? Zo schreef hij o.m. het scenario van de ABN-film "Voor outer en heerd". Deze prent werd geregisseerd door Hein Beniest en werd gedeeltelijk in het vroegere park van onze school opgenomen. Sommige oud-leerlingen fungeerden er als sansculotten.

Later scheen hij regelmatige contacten te hebben met grote Vlaamse filmmakers.

De turnfeesten. Ritmica zoveel. De voorbereidingen die de heren Jan Uydens en Toine De Haes gedurende een gans schooljaar in hun lessen hadden ingebouwd werden in de loop van de maand mei op de speelplaats gebracht. Bij de vele algemene repetities met honderden leerlingen kregen de turnleraars dankbaar assistentie van de heren Jan Schramme (nu ook met pensioen!) en de heer Verachtert. Niemand had beter kunnen assisteren bij het marcheren onder feestelijke marsmuziek. (Ik geloof niet dat de heer Verachtert nu nog graag marsmuziek hoort...)

De projectdagen in de vierde jaren. Een nieuwe vorm van onderwijs? Een bepaald onderwerp (bv. geld, eten, film en media, gehandicapten, drugs, ...) werd gedurende deze dagen in al zijn facetten belicht. De verschillende vakleraars werkten hieraan mee, elk vanuit zijn specialiteit: godsdienstig en maatschappelijk, geschiedkundig, aardrijkskundig, economisch, taalkundig, wetenschappelijk,... Het gewone lessenrooster en de klassamenstellingen werden grondig door elkaar gehaald.

De heer Verachtert bezat de grote geestdrift om vele collega's bij zijn grote projecten te betrekken. Als geen ander verstond hij de kunst om die geestdrift ook op zijn leerlingen over te dragen.

Eigenaardig dat men bij beschouwingen als deze zo weinig aandacht schenkt aan de hoofdzaak van het leraarsberoep: jongeren kennis bijbrengen, in dit geval de Franse taal en letterkunde, en hen opvoeden tot volwassenheid. De heer Verachtert is daarin gelukt. Ook hier drukte hij zijn persoonlijke stempel, omdat... ja omdat hij een merkwaardige persoonlijkheid was: een beetje (?) non-conformistisch.

Een groot pionier, klein van gestalte, heeft SJB verlaten. De oud-leerlingen danken hem van harte voor alles en wensen hem nog een mooie lange pensioentijd toe, net als in een sprookjesfilm.

Raymond Dupont in Het Beertje nr. 249 (februari 1998)