Regeerakkoord onderwijs 2024-29 (2024)

door

Op 29 september 2024 trad een nieuwe Vlaamse regering aan, onder leiding van Matthias Diependaele. De partij N-VA behoudt in deze regering de bevoegdheid over onderwijs, maar Ben Weyts wordt in deze functie opgevolgd door zijn partijgenote Zuhal Demir. Dit zijn de krachtlijnen van het aangekondigde beleid voor de komende jaren, zoals opgenomen in het regeerakkoord.

Het Vlaamse onderwijs streeft ernaar om "kansenmachines" te zijn voor jongeren, met een focus op excellentie. Er wordt gepleit voor een hoog ambitieniveau en ondersteuning voor iedereen, ook voor leerlingen die moeilijk aansluiting vinden. Scholen moeten veilige plekken zijn waarin zowel leerkrachten als leerlingen zich kunnen ontplooien. Een centrale rol is weggelegd voor het Nederlands, dat essentieel wordt geacht voor de maatschappelijke participatie van leerlingen. Ouders worden aangemoedigd zelf Nederlands te leren, en nieuwkomers moeten een bepaald taalniveau behalen.

Er wordt gestreefd naar sterke leraren door kwalitatieve opleidingen te versterken. Er worden maatregelen genomen om de status van het lerarenberoep te verhogen en meer mensen aan te trekken, inclusief zij-instromers. Lerarenopleidingen worden hervormd, stages en aanvangsbegeleiding worden uitgebreid om startende leerkrachten beter voor te bereiden. Het personeelsstatuut wordt aangepast om mobiliteit tussen scholen te vergemakkelijken.

Er komt meer financiële flexibiliteit voor scholen. Schoolbesturen moeten transparant zijn in hun uitgaven en verantwoording afleggen over de besteding van publieke middelen. Ook wordt het aantal verlofregelingen voor leerkrachten teruggeschroefd om de werkdruk te verlagen. De planlast moet worden gereduceerd door digitalisering en het verminderen van administratieve lasten.

Vlaamse toetsen worden verder ondersteund om de onderwijskwaliteit te meten, en scholen die onvoldoende presteren krijgen verplichte begeleidingstrajecten. Scholen krijgen de vrijheid om verder te gaan dan de minimumdoelen, met een nadruk op kennis en taalvaardigheid. Handboeken en lesmateriaal worden geëvalueerd op kwaliteit en duurzaamheid, en digitalisering blijft een speerpunt.

Er wordt ingezet op inclusief onderwijs, waarbij basiszorg en verhoogde zorg worden versterkt. De samenwerking tussen gewoon en buitengewoon onderwijs wordt bevorderd, en er komt een co-creatief traject om tot een realistisch inclusiebeleid te komen. Het leerlingenvervoer in het buitengewoon onderwijs wordt herzien om reistijden te beperken.

Het mentale welzijn van jongeren krijgt veel aandacht, met maatregelen om pesten tegen te gaan en weerbaarheid te bevorderen. Smartphones worden verboden in het basisonderwijs, en er volgt onderzoek naar de impact van sociale media op leerlingen in het secundair onderwijs. De centra voor leerlingenbegeleiding (CLB’s) krijgen een sterkere rol in de samenwerking met scholen en welzijnsorganisaties.

Ouders worden aangemoedigd een actieve rol te spelen in de schoolloopbaan van hun kinderen. Er wordt een “schoolcontract” ingevoerd waarin bindende afspraken met ouders worden gemaakt. Verzuim wordt strenger aangepakt door een kortere termijn voor verlies van schooltoeslagen bij onwettige afwezigheden.

De nadruk in het secundair onderwijs ligt op een flexibele en praktijkgerichte aanpak, met een uitbreiding van duaal leren. Scholen krijgen meer vrijheid in het invullen van differentiatie-uren om beter te voldoen aan de capaciteiten en interesses van leerlingen. De samenwerking tussen scholen en bedrijven wordt bevorderd om beroepsgericht onderwijs beter af te stemmen op de arbeidsmarkt.

Er wordt voortgebouwd op initiatieven voor duurzame en energiezuinige schoolinfrastructuur. Scholen moeten ook buiten de schooluren toegankelijk zijn voor naschoolse opvang en activiteiten, en er wordt gestreefd naar een gedeelde infrastructuur tussen gewoon en buitengewoon onderwijs waar mogelijk.

Het basisonderwijs krijgt aandacht voor kleinschaligheid en lokale verankering, met maatregelen voor beheersbare klassen en taalvaardigheden. In de derde kleuterklas wordt een toetsing uitgevoerd om taalachterstanden vroegtijdig op te sporen.

Mathias Van Aken (94LAGR) in Het Beertje nr. 361 (december 2024)