Nog iets gehoord van... Jan Wolters van der Wey? (2006)

door

De meeste oud-leerlingen zullen zich dit trouw personeelslid herinneren op de speelplaats en in het park. Voor een uitgelezen elite leerlingen surveilleerde hij tijdens de strafstudie op woensdagnamiddag. Hij noteerde jarenlang trouw de afwezigheden van de leerlingen en klasseerde dagelijks feilloos de examenopgaven per lokaal tijdens elke proefwerkperiode. Bij elk filmforum haalde hij voor de heer Verachtert in het goederenstation te Antwerpen de zware houten dozen met filmrollen, die hij na afloop er ook terugbracht. Vergeten we ook niet zijn toezicht op de schoolbussen en vele andere taken die hij met de grootste nauwkeurigheid volbracht. We laten hem hierna zelf aan het woord.

Jan Wolters van der Wey is mijn ellenlange naam. Na het behalen van het diploma van licentiaat in de Moderne Geschiedenis (KULeuven) was ik van 3 november 1972 tot en met 18 januari 1976 leraar Godsdienst en Geschiedenis in het college. Van 19 januari 1976 tot en met 31 januari 1998 was ik aldaar studiemeester-opvoeder.

De overwegingen die volgen zijn niet strikt SJB-gebonden. Meer algemene onderwijs- en opvoedingsaangelegenheden komen nu beknopt aan bod.

Tijdens mijn studiemeester-opvoedersjaren beleefde ik eerst een exclusief jongens-SJB en nadien een gemengd SJB. Voor ouders met dochters en zonen biedt het gemengd onderwijs uiteraard praktische voordelen. Het is vermoedelijk ook kostenbesparend voor de staat. Louter pedagogisch zijn zowel het gemengd als het niet-gemengd onderwijs perfect verdedigbaar. Inzake bepaalde onderwerpen, die met relatievorming te maken hebben, durf ik evenwel pleiten voor het niet-gemengd onderwijs. Derhalve stel ik voor dat ouders de keuzevrijheid tussen beide vormen krijgen. Mijn inziens zal dit verruimde aanbod de Vlaamse samenleving veeleer ten goede komen.

De Vlaamse samenleving worstelt al geruime tijd met een probleem, dat weliswaar niet echt taboe is, maar toch bij voorkeur in de doofpot wordt gestoken. Vlaanderen is een der koplopers in de indroevige wereld van zelfdoding. U zal zich misschien afvragen wat dit met SJB en het katholiek onderwijs te maken heeft. Welnu, Vlaanderen kent sinds lang de algemene leerplicht. De grote meerderheid der leerplichtigen loopt school. Van die ruime meerderheid bevinden de meeste leerlingen zich in scholen van het katholiek net.

Eenieder begrijpt wel dat praktische hulp ter voorkoming van zelfdoding meestal niet echt tot de schoolse mogelijkheden behoort. De scholen van het katholiek net kunnen evenwel een belangrijke rol spelen in het afremmen van zelfdoding. Het wordt de hoogste tijd dat alle verantwoordelijken van het katholiek onderwijs zich eens grondig bezinnen over de echte "specificiteit" van dat onderwijs. Beseft men in de Guimardstraat en elders in katholieke kringen wel dat het katholiek onderwijsnet geen eigenlijke bestaansreden heeft als het niet echt en eerlijk christelijk is?

Het Christendom is een geopenbaarde godsdienst met Christus, God en mens, als unieke, na te volgen, centrale Persoon. Het is dan ook de onontkoombare plicht van alle verantwoordelijken uit het katholiek net de Blijde Boodschap van Christus onverkort aan alle leerlingen mee te delen.

Naarmate alle leerkrachten die Blijde Boodschap integraal aanbieden wordt een diepere zin aan het leven van jonge mensen gegeven.

Het katholiek net moet heel goed beseffen dat goed christelijk onderwijs de huidige maatschappelijke problemen ter sprake dient te brengen, opvoedend en niet afvoedend zoals in de media. Zij verheffen immers al te vaak onwaarden tot waarden en het zinloze tot iets zinvols.

Het katholieke net moet trachten waardenvaste mensen voort te brengen. Geen sombere wezens voor wie zelfdoding het enige antwoord lijkt op hun ontspoord leven.

Jan Wolters van der Wey in Het Beertje nr. 284 (juni 2006)