100 dagen: Chrysostomusviering (2019)

door

Op 1 februari 2019 vierden de laatstejaars hun '100 dagen'. Honderd dagen scheidden hen nog van het einde van hun loopbaan aan de middelbare school en dat wilden ze vieren. Maar klopt dat wel? Er volgen namelijk nog 5 maanden van gemiddeld 30 dagen: dat zijn dus 150 dagen, geen 100. Tellen we enkel de weekdagen, komen we inderdaad wel ongeveer op 100, maar trekken we daar weer de krokus- en paasvakantie vanaf, hebben we er weer te weinig. Het is duidelijk dat deze vlag de lading niet zo best dekt.

In de tijd van onze ouders en grootouders werd dit feest ook gevierd, op een vaste datum, namelijk 27 januari. Dit was voor het tweede Vaticaans concilie de naamdag van de H. Johannes Chrysostomus en het feest werd dan ook Chrysostomusviering genoemd. In die tijd heette het laatste jaar van het algemeen secundair onderwijs in ons land 'retorica' omdat in de vakken Latijn en Grieks bijzondere aandacht uitging naar de redenaarskunst. De naam Chrysostomus is Grieks voor Gouden Mond. Chrysostomus stond bekend om zijn mooie en vurige preken. De scholieren beschouwden Johannes Chrysostomus daarom als hun patroonheilige.

Maar wie was hij eigenlijk? Johannes Chrysostomus werd rond 349 in Antiochië in Syrië (tegenwoordig Antakya, in het zuiden van Turkije) geboren. Toen hij nog heel klein was verloor hij zijn vader en werd hij grootgebracht door zijn moeder Antusa. Zij was christen en diepgelovig. Toch heeft zij haar zoon niet als kind laten dopen. Ze wilde dat hij later zelf deze beslissing zou kunnen maken. Hij werd pas op zijn 21ste, in het jaar 368, gedoopt door de bisschop Meltius, die hem in 371 aanstelde als lector.

Er waren in die tijd verschillende theologische scholen. Johannes werd gevormd in de historisch-letterlijke exegese, die kenmerkend was voor de Antiocheense traditie. De school van Antiochië waar Johannes dus zijn vorming voor priester ontving, was opgericht in het jaar 260 en kwam er als een reactie op de allegorische methode die in Alexandrië en Caesarea werd beoefend, voornamelijk onder invloed van de kerkvader Origenes. Deze allegorische methode zocht in de Schrift voornamelijk naar de diepere betekenis. Theologie werd daarbij opgevat als een wisselspel tussen geloof en rede, waarbij de persoonlijke interpretatie dus een grote rol speelde. In Antiochië was de benadering van de Schrift veel meer wetenschappelijk. Men beoefende er historisch-kritische exegese, waarbij er veel belang werd gehecht aan de letterlijke tekst zelf en minder aan de persoonlijke interpretatie. Omwille van deze tegenstelling was er toch een serieuze spanning tussen beide scholen. In Antiochië sprak men over de fantasieën van Origenes en zijn allegorische methoden.

De H. Johannes Chrysostomus

Johannes Chrysostomus was reeds goed op weg naar een kerkelijke carrière, maar zijn verlangen naar heiligheid maakte dat hij zich terugtrok als kluizenaar om de tijd te nemen het woord van God echt in zich op te nemen en dus niet enkel te bestuderen. Vier jaar lang zou hij tussen de kluizenaars leven op de berg Silipius. Zijn gezondheid verplichtte hem echter om terug te keren naar de christengemeente in Antiochië. En dit bleek uiteindelijk ook de weg te zijn naar zijn ware roeping: voortaan zou hij voltijds zielenherder zijn en uit heel zijn toekomstig leven zou een grote pastorale ijver blijken.

In 381 werd hij in het bisdom van Antiochië diaken gewijd, en vanaf dan was hij vooral verantwoordelijk voor de caritatieve en sociale diensten voor de armen, weduwen, wezen en maagden en ook voor de opvoding van de kinderen. Uit deze periode dateren vele geschriften van hem over de maagdelijkheid, het huwelijk en de opvoeding van de kinderen. In 386 werd hij dan op 42-jarige leeftijd priester gewijd.

Hij oefende ongeveer elf jaar het priesterambt uit, tot in 397, toen hij tot bisschop van Constantinopel werd benoemd en in de hoofdstad van het keizerrijk het bisschopsambt uitoefende tot aan twee ballingschappen tussen 403 en 407, die hem uiteindelijk fataal zouden worden.

Nele Uytterhoeven (09GRLA) in Het Beertje nr 338 (februari 2019)